2014-03-16 SETL en MOSSEL

Weer    : Zonnig / W Wind 3 bft /  1019 hpa.
Duikers : John, Dean, Marijn, Marco, Marlon, Richard, Walther, Alexander, Herman, Jorn, Willem, Ben, Taco
Doel     : SETL platen wisselen en mosselmonsters halen.
Duur    : — minuten.
Lucht temp  : 11 Celsius
Water temp : 7,0 Celsius minimum.
Vis       : Meerval
Planten : 
Zicht :
·  Dutchi  op 3 mtr =   – meter. 
·  Secchi op 4 mtr =  – meter.

·  Dutchi  op 6 mtr =   – meter.

·  Secchi op 8 mtr =  – meter.
·  Dutchi  op 8 mtr =   – meter.
·  Secchi op 10 mtr =  – meter.
·  Secchi verticaal =  – meter.
Zie het log voor de details.
Zie alle foto’s van deze duik.

Er staan op deze zonnige dag dertien duikers om mij heen met een kop koffie in de hand.
Ik heb twee duikers nodig die twee SETL platen gaan wisselen via de oppervlakte. H128 en H135 moeten na 3 maanden gewisseld worden. De andere 2 platen H136 en H106 blijven hangen. Die fotografeer ik nagenoeg toch al elke week en de foto’s staan op onder SETL actief. Willem en Walther willen dat wel doen en krijgen in een plasticbak twee verse platen mee.
De rest krijgt monsterpotjes mee, want ik wil graag mosselen van verschillende dieptes en locaties hebben. Gewoon om eens te kijken wat de verhouding tussen de quagga en zebramossel is. John en Ben krijgen de paviljoenpaal toegewezen, waarvan ze van 3-6-9-12 meter monsters moeten schrapen. Marlon en Richard, vraag ik specifiek een monster te nemen van 1 meter diepte.
Van Jorn, Alexander en Herman vraag ik een monster van 3 en 1 meter diepte.
De twee andere teams gaan wat dieper dus daarvan is de locatie minder nauwkeurig, maar dat maakt voor nu nog niet echt uit.
Na ruim een uur is iedereen weer terug. Er is een pot verloren gegaan door een implosie en er sneuvelt er eentje op de kant.


Bovenstaande foto betreffen de gebieden met de potnummers/letters.
Niet elke pot zat even vol dus dit is slechts een indicatie van de aantallen.
Ik heb twee avonden zitten pielen met een pincet en ik heb totaal 942 stuks geteld, maar het is erg leuk om te doen. De uitkomst is eigenlijk ook wel verrassend.

Substraat
Locatie 3-6-9-12 Betonpaal.
Locatie C             Gestorte stenen en zand.
Locatie B             Sediment.
Locatie A-H         Zand.
Locatie E             Sediment.


Q=quagga, Z=zebra. 
Aantallen “Groot” = >10 mm, “Klein” = < 10 mm.
Percentage = Percentage quaggamosselen in het genomen monster.


Pot Diepte Qgroot Qklein Zgroot Zklein Perc Q Bijzonderheden
3 3 5 26 100,0
6 6 8 59 100,0 1 groene + 1 rode muggenlarf
9 9 19 97 100,0
12 12 28 28 1 2 94,9
A 1,5 37 59 11 89,7
H 3,5 36 243 49 85,1
B 11 27 29 1 98,2 1 rode muggenlarf in zacht sediment omhulsel + 3 verbleekte kokkels
C 1 27 47 5 60 53,2 10 vlokreeftjes.
E 10 33 5 100,0 5 korfmosseltjes van 15 mm tot 3 mm.


Wat valt nu op?
Nog even het verschil tussen de twee soorten. Zebra heeft scherpe kiel en de Quagga een ronde kiel. Er zijn nog meer verschillen, maar dit is de meest duidelijke.
Of een Quagga nu goed of slecht is voor de Bosplas, valt nog niet te zeggen. Beide soorten zijn uitheems en filteren erg goed. 

Links de Zebramossel en rechts de Quaggamossel


Het is duidelijk dat de quagga de dominante soort is binnen deze monsternames
Echter in locatie C is de zebramossel nog met 47% aanwezig. Het lijkt wel hoe dichter je bij de oever komt, hoe meer zebramosselen er zijn. Evengoed zijn de zebra’s in minderheid ten opzichte van de quaggamossel. Er valt nog iets op met betrekking tot de kleur van de quaggamosselen uit gebied B,C en E. In gebied E zijn de quaggamosselen van het sediment lichter van kleur dan gebied B en C. (Zie onderstaande foto’s). Nu zal de diepte en of het substraat waarop ze leven een verschil kunnen maken, maar op de paal waren de mosselen op alle dieptes donkerder van kleur (geen foto’s van). 
De mosselen van B en E  die op het sediment leven maken ook minder byssusdraden aan en hechten zich ook minder aan elkaar. Monsters A-H en C waren samengegroeide bollen van mosselen die actief met byssusdraden aan elkaar zaten verbonden.
Ik zag ook dat een aantal mosselen van het sediment vrij snel hun vlezige voet uitstaken op zoek naar houvast. Mosselen die van het hard substraat afkwamen zag ik dat niet doen.
Dat kan puur toeval zijn hoor.

Pot C 1 mtr diep (Donkere kleuring).

Pot B 11 mtr diep (Lichtere kleuring)
Pot E 10 mtr diep (Lichtste kleuring).

Oranje vlokjes
Dan had ik ook nog een tijd geleden op verschillende platen en plekken deze hele kleine oranje vlokjes gevonden. In sommige potjes vond ik ook oranje zachte vlokjes.
Op de onderstaande foto zijn onder in het potje wat oranje vlokjes te zien. (Je kunt op de foto klikken om het te vergroten)

Er was toch een kapotte mossel en ik heb die opengemaakt. In het binnenwerk kom ik een oranje vloeibare massa tegen. Er is een kans dat deze (uitgeharde) harde vlokjes toch van de mossels komen.
Neem nou onze zeeuwse mosselen. Ook die hebben een oranje binnenwerk.
Of het zo is weet ik nog niet en het verklaart ook niet waarom het soms aan de SETL platen hecht zonder dat er in de directe omgeving mosselen zijn.

Hard vlokje (0,5 mm) onder microscoop

SETL
Wat betreft SETL was de aangroei een wat bruine aanslag. Niet echt spectaculair dus voor het blote oog.
Ik heb met een oude tandenborstel voorzichtig wat bruine aanslag in een potje verzameld en onder de microscoop gelegd. Tja en dan bruist het van het leven.
Op beide platen zaten veel klokdiertjes, verschillende soorten wimperdiertjes en diatomeeen.

H135

H128

Klokdiertje linksboven op steel en in het midden diatomeeen

Klokdiertje (Vorticella)

Het rechtse donkere celletje op een steel is ook een Klokdiertje
Flagellaat of wimperdiertje?
Klokdiertje die klok intrekt

2 gedachten over “2014-03-16 SETL en MOSSEL

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.